Zo’n vijftien jaar geleden streek Tal Milstein neer in België en sindsdien heeft hij grote naam weten maken als handelaar, ruiter en eigenaar. De fokkerij heeft steeds meer zijn interesse gekregen en dat resulteert onder andere in een interessant hengstenbestand met hengsten zoals de KWPN-erkende Luigi d’Eclipse en Check In. De selfmade Israëliër volgt altijd zijn eigen gevoel en richt het vizier uitsluitend op de lange termijn.

Snel succes behalen is nooit een doel voor Tal Milstein. Hij heeft een lange adem, een onuitputtelijke drive en wil het beste voor mens en paard op de lange termijn. Met oog voor ieder detail en sterk vertrouwen in zijn eigen gevoel, heeft hij een succesvol bedrijf en internationaal netwerk opgebouwd. Zijn sportieve visie heeft hij doorgetrokken naar de fokkerij, waar hij voornamelijk zelfgeselecteerde hengsten en merries inzet om zo de beste springpaarden te fokken.

Enorme drive
Al op jonge leeftijd raakte Tal in de ban van de paardensport. Op negenjarige leeftijd zat hij voor het eerst in het zadel en als tiener mestte hij op de plaatselijke manege stallen uit om in ruil daarvoor te mogen rijden. Zijn talent bleef niet onopgemerkt en al snel kreeg hij lastige paarden onder zijn hoede. Met een grote dosis motivatie ontwikkelde hij zich als ruiter, niets kon hem weerhouden om zijn passie door te zetten. “Het werd me al snel duidelijk dat ik niet in Israël kon blijven om op hoog niveau te kunnen presteren. Het niveau ligt daar veel lager dus na mijn verplichte militaire dienst ben ik naar Europa vertrokken”, blikt Tal terug op het avontuur dat hij als 22-jarige begon.
Hij is eerst gaan werken voor handelaar Christophe Heymans, die meerdere klanten had in Israël. Onder die klanten ook Ilan Ferder, die later zakenpartner zou worden van Tal. Daarna werkte hij onder meer bij Bollvorm. “Daar heb ik veel geleerd van Ben Schröder en in die tijd ben ik op kleine schaal begonnen met handel naar Israël.”

Waardevolle lessen
Vervolgens begon Milstein bij Stoeterij De Laarse Heide, waar hij waardevolle lessen kreeg van Albert Voorn. In die periode, rond 2000, reed hij zijn eerste internationale concoursen, waaronder het WK voor Jonge Springpaarden in Lanaken. De handel kreeg meer vorm toen Tal een samenwerking aanging met toptrainer Jos Kumps, van wie hij op gebied van sport, training en handel veel leerde. Zeer verdienstelijk presterende Grand Prix-paarden als Cadett 7 (v.Cor de la Bryere), van Ashlee Bond, Pavarotti (v.Lancelot), van Todd Minikus, Southwind VDL (v.Baloubet du Rouet), van Tiffany Foster en Tristan (v.Lancelot), van Nicole Simpson, verkochten zij in die tijd naar Amerika. Stuk voor stuk zijn deze paarden in het nationale team terecht gekomen. Tussendoor richtte Tal Milstein zich ook nog met succes op een rechtenstudie, om zo zijn inzichten te verruimen.

Hoogste eisen
De laatste jaren fokt Tal zo’n vijftien tot dertig veulens per jaar. Daarnaast koopt hij nog wel eens een exceptioneel veulen. “Ik richt me op de lange termijn met alles wat ik doe, dus ook met de fokkerij. Ik fok veulens om ze op te leiden voor de sport en zet alleen merries en hengsten in voor de fokkerij waarin ik heel veel geloof heb.” Zo heeft Tal afgelopen winter via ICSI gefokt met onder andere Ashlee Bond’s Grand Prix-merrie Chela LS (v.Chapultepec la Silla), die deelnam aan de WEG in Tryon, en de Come On-dochter Pamina, die in combinatie met Comme Il Faut al Christian Kukuk’s Grand Prix-paard Checker 47 bracht. “Die merries heb ik gedekt met onze eigen hengsten. Ik trek me nooit iets aan van trends en volg mijn eigen koers. Veel hengsten dekken weinig merries, maar sommige van hen weten zich desondanks te bewijzen. Ik probeer te zien hoe goed een hengst, óók met kleine aantallen, kan fokken. Het is moeilijker om dat te zien met kleine aantallen, maar dat is wel waar het om draait: paarden die het verschil kunnen maken. Ik gebruik mijn kennis en gevoel, en denk dat ik wel op de goede weg ben. De afgelopen jaren heb ik heel veel goede paarden gehad en verkocht, maar de nieuwe generatie zit eraan te komen en dat ziet er echt veelbelovend uit. Mijn jonge hengsten leid ik rustig op. Ik word er niet warm of koud van als ze fouten maken op concours of in de hengstencompetities, ik prepareer ze niet.”

Perfectie
Makkelijke wegen heeft Tal Milstein niet afgelegd, hij heeft van goede en slechte ervaringen moeten leren. In alles wat hij doet en maakt, streeft hij naar kwaliteit en perfectie. Over elk detail in zijn stal is nagedacht, tot aan de kleding van de medewerkers aan toe. “Alles wat ik doe, probeer ik zo goed mogelijk te doen en ik hou van uniformiteit. Ik probeer kwaliteit te maximaliseren en probeer mensen en paarden aan me te verbinden die in die lijn passen. Dat is niet de goedkoopste manier en je moet echt een lange adem hebben in deze wereld. Mijn vrouw wordt er weleens gek van, maar als ik ergens geloof in heb dan ga ik door tot het bittere eind. Na de corona-crisis heb ik mijn netwerk weer moeten opbouwen en gelukkig heb ik door de jaren heen goede referenties opgebouwd. Ik werk met meerdere mensen samen en probeer de beste kwaliteit en service te geven. Mensen moeten bij mij met de ogen dicht een paard kunnen kopen, daarom vind ik het ook heel belangrijk dat ik écht weet wat ik verkoop. En dat ik écht weet hoe mijn hengsten fokken. Bij de paarden die we opleiden, richt ik me ook alleen op het behalen van succes op de lange termijn. Want hoe beter het fundament van de opleiding, het management en de gezondheid; hoe beter het paard ook onder niet-optimale omstandigheden kan presteren”, besluit Tal Milstein.

Dit artikel komt uit het julinummer van het KWPN Magazine. Wilt u graag het hele artikel lezen en meer weten over de fokkerij van Tal Milstein? Leden krijgen het KWPN Magazine, met daarin prachtige verhalen, interessante achtergrondartikelen, persoonlijke interviews en fokkerij-informatie, maandelijks thuisgestuurd. Geen lid? Bestel dan het KWPN Magazine in de KWPN Webshop.

Tekst: Jenneke Smit
Beeld: Dirk Caremans