Heike Kemmer vierde recent haar 25-jarige jubileum in de hengstenkeuringscommissie van Hannover. Bernhard Thoben is fokkerijleider in Oldenburg. Zij zaten aan tafel met KWPN-man Ralph van Venrooij. Dat resulteerde in een interessant gesprek over de Nederlandse fokkerij en het verschil tussen de selectiesystemen. We zetten de highlights van het gesprek op een rij.

Heike Kemmer: “Een goede stap is makkelijk punten verdienen”
Heike Kemmer benoemde de stap als een aandachtspunt in Nederland, al bracht ze later wel de kanttekening dat Hannover ook moet opletten de stap niet te verliezen. “Het stapritme is goed genoeg, maar de overstap kan meer. Met een goed stappend paard verdien je in een proef makkelijke punten. Vijftien foutloze wissels om de pas zijn veel moeilijker dan de staponderdelen te rijden met een paard dat van nature goed stapt.”

Bernhard Thoben: “We hebben sterke ruggen (met voldoende lengte) nodig”
“We moeten in onze fokkerijen focussen op de rijdbaarheid en sterke ruggen die voldoende lengte hebben. Want die sterke rug komt ten goede aan het werk onder het zadel.”

Heike Kemmer: “Halzen hoeven niet te verticaal te zijn”
“De halzen hoeven niet te verticaal te zijn, want dat geeft problemen met het ruggebruik en als ruiter is het lastig om die paarden voorwaarts neerwaarts te rijden. Ik zal zeker niet zeggen dat een paard neerwaarts mag zijn, maar een iets horizontalere hals geeft de ruiter een fijner gevoel. Zo kan de hals gebruikt worden om het lijf te balanceren. Daarnaast moeten we blijven kijken naar een rug met voldoende lengte, zodat het lichaam kan swingen. Genoeg lengte geeft voordelen voor de ruiter, denk alleen al aan een zadel dat gemakkelijker passend te krijgen is.”

Ralph van Venrooij: “Onafhankelijke en transparante informatie geven”
De verschillende selectiesystemen werden vergeleken en dat gaf Ralph van Venrooij de kans om toelichting te geven op het Nederlandse systeem. “We willen hengsten onder dezelfde omstandigheden testen en milieufactoren uitschakelen. Dat stelt ons in staat om transparante en onafhankelijke informatie te geven.”

Heike Kemmer: “Selectie op interieur is belangrijk”
“Het meenemen van interne kwaliteiten, zoals rijdbaarheid en instelling, is voor ons allemaal een lastige opgave. We hebben het over tweeënhalfjarige hengsten. Als ik zelf een vier-, vijf- of zesjarige koop, weet ik ook pas na een paar maanden hoe het karakter écht is. Toch is die selectie op het interieur wel heel belangrijk. We hebben paarden nodig die aan onze kant staan. Ze moeten sensitief genoeg zijn, maar ook van nature ontspannen genoeg om te kunnen omgaan met publiek en een vreemde atmosfeer.”

Bernhard Thoben: “Service naar de fokkers toe is belangrijk”
“Het maakt niet uit waar je woont, overal ter wereld is het beste genetische materiaal te verkrijgen. De tijd dat je van een hengst in de buurt afhankelijk bent, ligt achter ons. Het draait om goede merrielijnen en als stamboeken moeten we inzetten op goede dienstverlening naar de leden toe.”

Foto: Dirk Caremans