ERMELO (KNHS) – De Nederlandse springruiters hebben zich vandaag in de eerste kwalificatiewedstrijd van de Olympische Spelen een goede uitgangspositie verschaft voor de teamwedstrijd van overmorgen. De mannen van bondscoach Ehrens reden zich naar een gedeelde derde plaats. Dinsdag beginnen alle landen weer op nul, maar het resultaat van vandaag verschaft een gunstigere startpositie.

De wedstrijd van vandaag kende voor vele landen, en ook voor Oranje een bizar verloop. Met foutloze rondes voor Van der Vleuten en Smolders en vier strafpunten voor Dubbeldam wist Oranje zich toch sterk op een goede uitgangspositie te manoeuvreren. Bizar voor Nederland waren de problemen die Jur Vrieling ondervond. Bondscoach Ehrens is goed gestemd na vandaag. “Ik heb een heel goede gevoel bij de ritten die we vandaag gehad hebben. Ik vond dat Zenith van Jeroen Dubbeldam een fenomenaal rondje draaide. Het sprong scherp, maar Jeroen reed zelf net iets te gemakkelijk naar de sloot toe. Dat zei hij zelf achteraf ook. Het rondje van Maikel van der Vleuten vond ik uit het boekje, Verdi sprong fijn en gretig.” Derde starter Jur Vrieling moest vroegtijdig de strijd staken na twee weigeringen van zijn paard Zirocco Blue. Over het feit dat Vrieling daarna werd gediskwalificeerd vanwege overmatig zweep gebruik is Ehrens kort. “Ik ben 27 jaar topsporter geweest en ik ken het gevoel als alles misgaat. Maar dit mag niet gebeuren en zal niet meer gebeuren. We zullen de rustdag morgen gebruiken om Zirocco Blue weer ontspannen op zijn gemak te brengen. Dit wil je eigenlijk niet hebben, maar dat is topsport en topsport is drama en daarin gebeuren allerhande dingen. Daar moet je als professionals mee om kunnen gaan. Vierde starter Harrie Smolders krijgt dan toch een bepaalde druk op zich als laatste starter, maar hij liet Emerald heel fijn rond springen. Dat vond ik ook gewoon een tien. Dit geeft ons het gevoel dat we er gewoon staan en dat we morgen een rustige dag gaan beleven waarin we rustig wat met de paarden gaan werken en dan kijken we met een frisse blik uit naar overmorgen.”

Format olympische springwedstrijd

De meeste combinaties gaan tijdens de Spelen van start in het springen. Voor de afsluitende discipline hebben zich in Rio 75 combinaties uit 27 verschillende landen geplaatst, bestaande uit vijftien landenteams van vier combinaties en vijftien individuele combinaties. Na de vetcheck zal er een loting zijn om de startvolgorde van het eerste onderdeel te bepalen. De individuele ruiters gaan als eerste van start gaan, gevolgd door de landenteams. Binnen een team bepaalt de bondscoach de startvolgorde.

1. Het eerste onderdeelis een rubriek direct op tijd, met een maximale hoogte van 1.60m. Deze rubriek telt mee voor het individuele klassement, maar niet voor het klassement van de landenwedstrijd. Wel is het resultaat van deze rubriek bepalend voor de startvolgorde van de teams in de eerste manche van de landenwedstrijd.
2. De landenwedstrijd vormt het tweede onderdeelvan de olympische springwedstrijd. Deze bestaat uit twee manches, verdeeld over evenzoveel dagen, en staat net als alle wedstrijden uitgeschreven op een hoogte van 1.60m. - In de eerste manche gaan alle landenteams van start. Daarnaast geldt dit ook voor de individuele ruiters die in de top 60 zijn geëindigd van het eerste onderdeel, maar geen deel uitmaken van een landenteam. In deze manche tellen voor een team de beste drie resultaten. - Een dag later zien we de beste acht landen uit de eerste manche in omgekeerde startvolgorde terug in de tweede, vaak zwaardere manche. Hierin ook aan de start de individuele ruiters uit de top 45 na de rubriek direct op tijd en de eerste manche. Ook in de tweede manche tellen voor een team alleen de beste drie resultaten. Het strafpuntentotaal van beide manches bepaalt de eindstand van de landenwedstrijd. Bij een gelijke klassering voor een of meerdere medailles wordt er barrage gereden door alle teamleden.
3. Het laatste onderdeelis de individuele finale, die bestaat uit twee zware omlopen. Voor de eerste ronde plaatsen zich de beste 35 paarden en hun ruiters uit het klassement dat opgemaakt kan worden na de rubriek op tijd en de beide manches in de landenwedstrijd, met een maximum van drie combinaties per land. Bijzonder aan de olympische finale is dat de strafpuntenteller weer op nul springt. De startvolgorde is in omgekeerde volgorde van het klassement en na de eerste omloop blijven er nog twintig kandidaten over. Deze twintig combinaties gaan in de tweede omloop strijden voor het eremetaal en de eeuwige roem. Bij een gelijke klassering voor een of meerdere medailles wordt er barrage gereden.

Programma springen*

Zondag 14 augustus, 15:00-18:45 uur: eerste kwalificatie

Dinsdag 16 augustus, 15:00-18:30 uur: landenwedstrijd, eerste ronde

Woensdag 17 augustus, 15:00-17:45 uur: landenwedstrijd, tweede ronde

Vrijdag 19 augustus, 15:00-19:45 uur: individuele finale

(*) Nederlandse tijd, tijden onder voorbehoud (Bron KNHS)