Niks is zo fijn voor een fokker als een gezonde merrie met veulen in de wei. In vers gras zouden voldoende voedingsstoffen moeten zitten om uw lacterende merrie en veulen in optimale conditie te houden, maar is dat met deze droogte nog wel het geval? Gebruik deze tips van Pavo!

Niet iedereen verwacht het misschien, maar een lacterende merrie heeft letterlijk twee keer zoveel energie en eiwitten nodig als normaal. Ze zeggen niet voor niets dat een veulen aan de voet gelijk staat aan topsport. Na de geboorte van het veulen stijgt de behoefte van de merrie aan energie en eiwitten enorm, omdat ze ineens melk moet produceren. De eerste dagen is dat ongeveer acht liter per dag, maar dat loopt op tot circa twintig (!) liter.

Extra vezels bijvoeren
Voor zowel een dragende als lacterende merrie is ruwvoer de basis van gezonde voeding. Gras bevat daarbij de ideale voedingsstoffen wat betreft voldoende energie en eiwit voor merries. Volgens nutritionist en dierenarts Veerle Vandendriessche komen de meeste veulentjes ter wereld in april, mei en juni. Dé maanden waarin het gras in principe de meeste eiwitten en energie bevat. “Deze eiwitten en energie zijn erg belangrijk voor de merrie om niet alleen zichzelf te voeden, maar ook haar veulen van een voldoende kwalitatieve melk te voorzien. Op dit moment heeft het gras echter niet voldoende voedingsstoffen, omdat het door de droogte niet de kans heeft gekregen om op volle potentie te groeien en dus is het verstandig om ruwvoer bij te voeren. Hierbij moet u niet alleen aan hooi en kuil denken, maar ook luzerne, grasbrokken of bietenpulp kunnen heel geschikt zijn om ervoor te zorgen dat de merrie voldoende vezels binnenkrijgt.”

Aanvullend dieet
Arm ruwvoer is goed voor dikke paarden en sobere rassen, maar niet voor een lacterende merrie. Enkel ruwvoer bijvoeren is dus niet altijd voldoende. Ten eerste is het belangrijk om te weten wat de waardes van uw ruwvoer zijn en vervolgens dit aan te vullen met een merriebrok, zoals Pavo PodoLac of een supplement als Pavo PodoCare. Vandendriessche benadrukt goed dat een merrie deze vitamines, sporenelementen en eiwitten écht nodig heeft, zodat ze niet haar eigen spieren hoeft af te breken om de melk te kunnen produceren. “In vergelijking tot andere diersoorten is paardenmelk heel vet en energierijk. Pavo PodoLac bevat maar liefst 18,5% eiwit om hierin te voorzien. Bang dat de merrie te dik wordt, hoeft u niet zo snel te zijn. De merrie mag best wat reserves hebben. Mocht het echt richting obesitas gaan dan kunt u de merriebrok vervangen door het supplement Pavo PodoCare, zodat u wel de noodzakelijke voedingsstoffen geeft.”

Vergeet sporenelementen niet
Moedermelk bevat weinig sporenelementen en juist daarom is het zo belangrijk om in de laatste maanden van de dracht ook al de speciale merriebrok Pavo PodoLac te voeren, zodat het veulen via de navelstreng alvast een voorraadje aan kan leggen. De sporenelementen in het voer blijven echter wel belangrijk tijdens de lactatie voor de merrie zelf, omdat ze ook bijdragen aan de processen om melk te kunnen produceren.

Mineralen voor een evenwichtige botontwikkeling
Ook mineralen zijn een belangrijke factor in de voeding van de merrie en dan gaat het vooral om de juiste hoeveelheid en verhouding. Calcium, fosfor en magnesium zijn met name van belang voor een goede evenwichtige botontwikkeling. De meeste ruwvoeders bevatten wel voldoende calcium, maar te weinig magnesium en fosfor. Gelukkig zijn deze verhoudingen optimaal op elkaar afgesteld in de merriebrok Pavo PodoLac, waardoor uw merrie alles krijgt wat ze nodig heeft.

Wat als de merrie te weinig melk geeft?
Het komt voor dat de merrie te weinig melk geeft voor het veulen. Vandendriessche: “Dat is een lastige kwestie, want bij een goed uitgebalanceerd rantsoen met voldoende vers water, goede kwaliteit ruwvoer en de geadviseerde hoeveelheid Pavo PodoLac is er voedingsgewijs weinig wat u verder nog kunt doen. Wel kunt u in samenspraak met uw dierenarts nog iets doen met hormonen om de melkproductie meer op gang te brengen en daarnaast kunt u het veulen zo vroeg mogelijk proberen te laten wennen aan veulenbrok en ruwvoer. Pas vanaf vijf tot zes weken oud zal een veulen de brokjes goed beginnen te verteren, dus daarvoor kan het noodzakelijk zijn veulenmelk bij te geven. Voor ruwvoer duurt het zelfs nog langer voordat ze hier echt voedingsstoffen kunnen uithalen, hun microflora in de darm moet zich immers eerst ontwikkelen en om dit te ontwikkelen ziet u een veulen daarom vaak mest van de merrie eten.”

Wanneer de merriebrok afbouwen?
Het advies is om na de derde maand van de lactatie de merriebrok af te bouwen, zeker als het veulen na vier maanden gespeend wordt. Na het spenen heeft de merrie al dat rijke krachtvoer namelijk niet meer nodig. De conditiescore van de merrie is een goede maatstaf om te bepalen wanneer u met het afbouwen van de merriebrok kan beginnen. Als u ziet dat ze wat dikker wordt dan is dat het moment om te minderen, wanneer dit precies is verschilt per merrie.

Pavo’s voedingstips:

Voor de lacterende merrie

Pavo PodoLac

• Merriebrok voor maximale melkgift
• Houdt merrie in optimale conditie

Pavo PodoCare

• Beproefd mineralensupplement
• Bij geen – of onvoldoende – Pavo PodoLac

 

Ruwvoervervangers voor extra vezels bij droogte

Pavo SpeediBeet

• Snelwekende, ontsuikerde bietenpulp
• Ruwvoeraanvulling met hoge energiewaarde

Pavo FibreBeet

• Mix van bietenpulp en luzerne
• Ondersteunt conditieherstel

Pavo DailyPlus

• Uitgebalanceerde luzernemix
• Ideaal om door krachtvoer te mengen

Pavo FibreNuggets

• Smakelijke grasbrokken
• Hoogwaardige ruwvoervervanging