Met fokproducten die zowel in de internationale eventing- als springsport goede prestaties behalen, heeft de familie Steggink uit Manderveen hun fokkerij op de kaart gezet. De stam die werd begonnen met de Rivaal-dochter Aswina is opgebloeid dankzij hun nuchtere selectie, het volgen van hun eigen ideeën en natuurlijk omdat de paarden op de juiste plek terecht zijn gekomen. En daar plukken de broers André en Martin Steggink al jaren de vruchten van.

De fokkerij werd opgezet door Harry Steggink en wordt voortgezet door zoon André, die daarbij wordt bijgestaan door zijn broer Martin die zich voornamelijk op de koeien richt. Het zijn traditionele fokkers, die hun nuchtere boerenverstand inzetten om goede sportpaarden te fokken, zonder dat ze de internationale sport zelf op de voet volgen. Dat hun fokkersvisie werkt wordt bewezen door succesvolle sportpaarden als Bonzay (v.Numero Uno), Quick Shine (v.Numero Uno), Willem Corland (v.Corland), Hulliebullie (v.Zacharov TN) en Fernando-Ukato (v.Ukato), die allen uit dezelfde stam gefokt zijn.

Goede karakters
Harry Steggink trof zijn latere stammoeder Aswina (Rivaal x Noordpool) op de Zuidlaardermarkt. “Onze vader was daar samen met m’n oom. Aswina was een jonge merrie en ze zagen het wel zitten met haar”, weet André Steggink. De in 1982 geboren merrie ontwikkelde zich op het boerenbedrijf in Manderveen tot prestatiemerrie. Ze leverde onder meer de tot Coconut 27 omgedoopte Concorde-zoon Sjonny Boy, die tot op 1.40m-niveau is uitgebracht in de sport. “De paarden waren echt hobby voor mijn vader en voor mij is dat het ook, ik doe het naast mijn werk. Mijn broer Martin helpt me waar nodig en zo proberen we de stam zo goed mogelijk voort te zetten. Van vroeger uit hebben we altijd pony’s en paarden gehad op de boerderij en we zijn echte liefhebbers.”
Dit jaar zagen vijf veulens het levenslicht bij familie Steggink, komend jaar worden er vier verwacht. “De eerste jaren deed onze vader de paarden in zijn eentje, hij was een man die altijd zijn eigen kop volgde. Dat heeft hij ons ook geleerd. Zo had hij destijds het eerste veulen van Libero H en heeft hij altijd hengsten met bloed gebruikt. Numero Uno past goed op onze stam en m’n vader kruiste onze Heartbreaker-merrie ook zonder enige twijfel met Numero Uno. Hij was nooit bang voor teveel bloed, en ik denk dat dit ook goed heeft uitgepakt met oog op de eventingsport. De paarden uit deze stam zijn nuchter genoeg en we voeden ze consequent op, dat levert altijd hanteerbare en werkwillige paarden op.

Veel loopvermogen
De Zeoliet-merrie Eswina is een belangrijke schakel in de stam van Steggink. Zij is de eerste nakomeling van stammoeder Aswina (v.Rivaal). “Mijn vader heeft altijd geprobeerd een chique paard voor de sport te fokken. We verkopen ze dan meestal als veulen of als driejarige. Net als mijn vader hecht ik er veel waarde aan dat een paard goed kan bewegen, dat de motor achter goed is en dat een paard zijn benen goed kan opbeuren. Anders kunnen ze in de springsport ook niet winnen, je hebt die kracht in het achterbeen nodig. Mijn vader heeft ons ook altijd op het hart gedrukt dat we onze eigen ideeën moesten volgen, hoe goedbedoeld andermans advies ook is. Want hij zei: als je je eigen kop volgt, en onze paarden komen vervolgens op de juiste plek terecht, dán horen we er meer van.”
En dat is menigmaal waarheid geworden. Zo maakten twee kleinzonen van Eswina, gefokt uit de waardevolle Heartbreaker-dochter Sabrina, jarenlang goede reclame voor de door Harry Steggink opgezette fokkerij. “Op een gegeven moment kwam mijn vader in het ziekenhuis terecht en toen belde Daan Horn hem op om te zeggen dat twee van zijn fokproducten vooraan in Grands Prix waren geëindigd. Daar leefde onze vader helemaal van op.” Die twee fokproducten zijn de Numero Uno-zonen Bonzay en de tot Quick Shine omgedoopte Casanova. Deze volle broers presteerden op het hoogste niveau met de Canadees Jonathon Millar respectievelijk Natalia Belova, Alice Janout en Lillie Keenan. Vooral Bonzay maakte veel reclame, zo  eindigde hij als tweede in de 1.60m-Grand Prix van CSI3* Harrisburg. Uit diezelfde moeder, de prestatiemerrie Sabrina, fokten ze onder meer ook de internationaal 1.50m-geklasseerde Willem Corland (v.Corland) van de Duitser Michael Symmangk.

Eventing
Andere belangrijke fokkerijsuccessen zijn behaald door paarden die bij de olympische eventingamazone Katrin Norling terecht zijn gekomen. Zo werd recentelijk op de eventingwedstrijd in Kristianstad de Zacharov-zoon Hulliebullie derde in de CCI3* en eindigde diens halfbroer Fernando-Ukato (v.Ukato) als vierde. Beide paarden zijn gefokt uit de Holland-dochter Paula (mv.Zeoliet), een kleindochter van stammoeder Aswina. Diezelfde Zweedse topamazone heeft ook nog een ander succesvol eventingpaard uit de fokkerij van Steggink, namelijk de Corland-dochter Zarina Cora die uit de Heartbreaker-dochter Sabrina (mv.Zeoliet) komt en daarmee een (half)zus is van de eerder genoemde succesvolle internationale 1.50/1.60m-springpaarden Bonzay, Willem Corland en Quick Shine.

Bloedpaarden
De afzet is nooit een probleem geweest voor familie Steggink. Via mond-tot-mond reclame of via Marktplaats worden er regelmatig veulens en jonge paarden verkocht. Zo ging het voorheen ook. “We zijn geen veilingmensen. We hebben dat in het verleden één keer gedaan, maar dat is niets voor ons. Ten eerste moeten we dat klaarmaken al uitbesteden en ten tweede levert het alsnog een hoop extra werk op. En dan verkoop je je veulen uiteindelijk voor een nette prijs, en moet je weer geld afdragen aan de veiling. Laat ons het maar lekker zelf thuis doen. Bijvoorbeeld uit de Heartbreaker-merrie Sabrina, daar hoeven we nooit iemand voor te benaderen als we daaruit wat te koop hebben. Dan weten de mensen ons zelf wel te vinden. Samen met mijn vader heb ik al twaalf keer Numero Uno gebruikt op Sabrina. Dat was mijn vader ten voeten uit, want andere fokkers verklaarden hem toen al helemaal voor gek dat hij nooit voor een andere hengst koos, maar dat kon hem niets schelen. Want aan het einde van de rit kreeg hij de veulens allemaal goed verkocht, dus lachte hij het laatst. En die combinatie past ook gewoon ontzettend goed. Sabrina zelf heeft het allerzachtste karakter in de omgang en haar nakomelingen hebben bloed op de goede manier. Wij zijn het wel gewend om met bloedpaarden om te gaan, je moet je dan zelf een beetje aanpassen en verder gewoon consequent zijn. Dat begint hier al bij de veulens, die leren we om vast te staan, ze gaan mee op de trailer, we gaan met de borstels over de benen. Alles wat ze in die eerste periode al leren, heb je een leven lang plezier van.”

Bestaansrecht
Het verhaal van familie Steggink laat zien dat hobbymatige fokkers nog altijd bestaansrecht hebben. “De fokkerij is hobby voor ons, en dat zal het ook altijd blijven. Maar het levert wel wat op, en we genieten er ook echt van als de paarden het goed doen bij hun nieuwe eigenaren. We proberen de paarden een goede en gezonde start te geven, ze komen hier veel buiten en lopen met z’n allen bij elkaar. Gezien de hele stikstofkwestie is het een beetje afwachten hoe het gaat verlopen met de boerderij, maar paarden zullen er bij ons altijd blijven. Want net als mijn vader kan ik daar echt niet zonder”, besluit André Steggink.

Dit artikel komt uit het oktobernummer van het KWPN Magazine. Wilt u graag meer lezen over de fokkerij van familie Steggink? Leden krijgen het KWPN Magazine, met daarin prachtige verhalen, interessante achtergrondartikelen, persoonlijke interviews en fokkerij-informatie, maandelijks thuisgestuurd. Geen lid? Bestel dan het KWPN Magazine in de KWPN Webshop. 

Bron: KWPN (overname niet toegestaan)
Tekst: Jenneke Smit
Foto: Jacob Melissen